In Nieuwenhoorn geboren personen, verhuisd en elders overleden ten gevolge van de oorlog.
Bakker, Jacob denGeboren: 09 juli 1904 Woonplaats: Ambon Omgekomen: 15 maart 1943, Thambyuzayat.
Bron: oorlogsgravenstichting / ministerie van defensie
Jacob den Bakker woont na enkele omzwervingen in Nijmegen en werkt daar in de bouw. Op 10 mei 1926 treedt hij in dienst bij de KNIL en arriveert in juli op Sumatra. Hij werkt zich op van geniesoldaat tweede klas naar Sergeant-majoor bij de genie. In 1931 trouwt hij te Karanganjar. Hij wordt krijgsgevangen genomen in maart 1942 en gevangengezet in kamp 1 te Bandoeng. Zijn vrouw in het Somobito kamp bij Mojokerto. In oktober verplaatsen de Japanners grote getalen gevangenen. Jacob vertrekt met de Kumitama Maru naar Singapore. Na twee maanden in het kamp Changi gezeten te hebben worden de ongeveer 1000 Krijgsgevangenen op 10 januari 1943 ingescheept op de Nichimei Maru samen met 1562 Japanse soldaten en materieel voor de Birma spoorlijn. Nadat hij de aanval op het konvooi door de geallieerde heeft overleefd gaat de tocht verder naar Moulmein, Birma. Op 27 augustus gaan de krijgsgevangenen per trein op transport naar Thambyuzayat. Dan moeten ze nog 18 kilometer lopen naar kamp Hlapauk. Hier moeten ze werken aan de Birma spoorlijn. Op 1 maart wordt hij ziek en wordt met BeriBeri overgebracht naar Thambyuzayat waar hij wordt vastgezet in het POW Patient Receiving Station Burma. Hij overlijd op 15 maart om 16:45 en wordt aldaar op de begraafplaats begraven. Na de oorlog wordt hij herbegraven op het Ereveld op de Kanchanaburi oorlogsbegraafplaats.
Jacob den Bakker is postuum drager van het Mobilisatie oorlogskruis en genoemd in de erelijst van Gevallenen 1940-1945.
Een uitgebreid levensverhaal is te lezen op de site van de Oorlogsgravenstichting: Jacob den Bakker.
Berg, Arij van denGeboren: 26 augustus 1912 Woonplaats: Soerabaja Omgekomen: 03 juli 1943, Birma.
Arij van den Berg verhuisd in oktober 1929 naar Vlissingen en in november 1930 naar Den Helder. Op 21 juli 1932 trouwt hij met Catharine Elisabeth Kries. Hij vertrekt in de functie Korporaal Konstabel voor de koninklijke marine naar Soerabaja. Daar wordt hij gevangen genomen en getransporteerd naar kamp 100 in Birma om te werken aan de Birma spoorlijn. Hij is begraven op het Ereveld Thanbyuzayat.
Arij van den Berg wordt genoemdin de erelijst van Gevallenen 1940-1945.
Geboren: 07 juni 1894 Woonplaats: Rotterdam Omgekomen: 24 november 1943, Dortmund.
Adrianus den Broeder was brandwacht bij het havenbedrijf. Hij is overleden in Dortmund en begraven op het Nederlands Ereveld in Düsseldorf.
Gottschal, ArieGeboren: 30 juli 1897 Woonplaats: Soerabaja Omgekomen: 05 maart 1944, Tamarkan.
Bron: oorlogsgravenstichting / nationaal archief
Arie Gottschal vertrekt als 2de Luitenant Infanterie op 13 september 1918 naar Oost Indië. Op 15 augustus 1943 wordt hij vastgezet door de Japanse bezetter. Hij heeft dan de functie Luitenant Kolonel der Generale staf ij de KNIL. Vanuit het kamp op Java wordt hij naar Thailand getransporteerd. Na het main kamp wordt hij naar kamp 3 gebracht om aan de Birma spoorlijn te werken. Op 5 januari 1944 wordt hij ziek en 5 maart overlijdt hij aan Beri-Beri. Hij licht begraven op het Ereveld Kanachanbura.
Kuit, PieterGeboren: 10 oktober 1919 Woonplaats: Vlissingen Zeemansgraf: 27 februari 1942, Javazee.
Bron:state library of victoria / googlemaps
Pieter Kuit is matroos 1ste klasse aan boord van Hr.Ms. Java. Deze kruiser wordt tijdens de slag in de Javazee in de nacht van 27 februari getroffen door een torpedo afgeschoten door de Japanse kruiser Nachi. De torpedo raakt het achterste munitieruim. Er onstaat een explosie waardoor het achterschip afbreekt. De Hr.Ms. Java zinkt vrijwel direct en 491 van de 512 bemanningsleden komen om, waaronder oud inwoners Antoine Bastiaan van der Pijl (Brielle), Gerrit Joseph Jöbsis, Jacobus de Pijper en Marius Rozenberg (Hellevoetsluis), Piet Bijl en Jan Izak Hamers (Nieuw Helvoet) en Corstiaan van der Jagt (Spijkenisse).
Geboren: 22 juli 1906 Woonplaats: Rotterdam Omgekomen: 30 september 1944, Bielefeld.
De man van Dirkje Neeltje van der Linde Steenbeek, Jacob van der Linde, is begin 1941 tewerk gesteld in Bielefeld. Zij is hem nagereisd en aan het werk gegaan in hotel Jägerhof. Tijdens een bombardement komt zij om het leven en wordt begraven op de plaatselijke begraafplaats Senne. Haar man overleefd de oorlog.
Linthout, FrederikGeboren: 15 april 1875 Woonplaats: Java Omgekomen: 08 februari 1945, Ambawara.
Bron: oorlogsgravenstichting
Frederik Linthout is gepensioneerd sergeant van de koloniale strijdkrachten. Hij overlijd in kamp 7 Ambawara en wordt ter plaatse begraven. Op 4 april 1950 wordt hij opgegraven en in oktober 1950 herbegraven op het Nederlands Ereveld kalibanteng.
Geboren: 26 januari 1919 Woonplaats: Veere Zeemansgraf: 27 april 1941, Middellandse Zee.
Bron: marhisdata / googlemaps / findagrave
Jan Pille is leerling stuurman aan boord van het passagiersschip ss Slamat. Ze vaart vanaf 1939 al in konvooiverband rondom Nederlands-Indië. In 1940 wordt ze gecharterd door de Engelsen en in Sydney omgebouwd tot troepenschip. In 1941 wordt ze ingezet bij operatie Demon. Ze moet geallieerde troepen evacueren vanuit Griekenland. Na aankomst in de baai van Nauplia wordt op 27 april 1941 begonnen met het aan boord nemen van de evacuees. Om 4:15 vertrekt de Slamat met ongeveer 600 man aan boord. Na enkele uren wordt het konvooi aangevallen door Duitse Junkers. De Slamat krijgt een voltreffer en staat in brand. Na het verlaten van het schip worden de drenkelingen onder vuur genomen door Duitse vliegtuigen. De Engelse schepen HMS Wyneck en HMS Diamond pikken zoveel mogelijk drenkelingen op. Beide schepen vertrekken rond 13:00 uur naar Kreta. Tijdens een verrassingsaanval door de Duitse bommenwerpers zinken beide schepen. Bij deze ramp komenin totaal bijna 1000 man om, waaronder oud inwoner Willem Jacob Klijn (Hellevoetsluis) die als drenkeling aan boord van het HMS Wyneck zat. Het lichaam van Jan Pille spoelt aan op het Griekse eiland Astipaleas en wordt daar begraven. Na de oorlog wordt hij herbegraven in Athene.
Jan Pille wordt genoemd op het oorlogsmonument in Veere en in de erelijst van Gevallenen 1940-1945.
Geboren: 29 augustus 1865 Woonplaats: Nederlands Indië Omgekomen: 29 december 1944, Semarang.
Bron: oorlogsgravenstichting
Petrus Philippus van der Poel is hoofdinspecteur veterinaire dienst. Hij komt om in kamp Halmaheira en wordt begraven in Semarang. In augustus 1952 wordt hij herbegraven op het Nederlands ereveld Kalibanteng.
Geboren: 30 december 1915 Woonplaats: Amsterdam Omgekomen: 26 maart 1943, Neuenkirchen.
Willem van Rooyen komt via de arbeitseinsatz in Duitsland.Hij komt in het arbeidseducatiekamp Farge terecht. In dit kamp werden gevangenen die aangeklaagd waren voor verzet, onvoldoende werkprestaties leverde of andere overtredingen hadden begaan door de gestapo gepest, gemartelt en gedisciplineerd door middel van dwangarbeid. Hij overlijd aan verzwakking en is zeer waarschijnlijk in een massagraf op de begraafplaats Bremen Aumund begraven waardoor identificatie niet meer mogelijk is.
Geboren: 06 december 1920 Woonplaats: Vlaardingen Vermoord: 03 november 1942, Dachau.
Bron: arolsen archief
Op 15 mei 1940, een dag na het bombardement op Rotterdam, schrijft Schiedammer Bernard IJzerdraat het eerste Geuzenbericht. Het is een vlammend protest tegen de Duitse bezetting. In de weken en maanden daarna sluiten steeds meer Schiedammers, Vlaardingers, Maassluizers en anderen zich aan bij de eerste verzetsgroep van Nederland. Berichten worden verspreid, wapens gestolen, kaarten gemaakt, inlichtingen verzameld en er wordt sabotage gepleegd. In november 1940 begint het de Duitsers te lukken om Geuzen op te sporen en te arresteren nadat een paar eerste namen uitgelekt zijn. Tijdens gewelddadige verhoren worden meer namen van Geuzen verkregen. Daardoor kunnen in de periode november 1940 tot maart 1941 meer dan 300 Geuzen gearresteerd worden. Op 13 maart 1941 worden vijftien Geuzen en drie Februaristakers op de Waalsdorpervlakte geëxecuteerd. Zij zijn de "Achtien dooden" uit het bekende gedicht dat nog in de oorlog is geschreven door Jan Campert. (Zie ook het monument voor Campert in Spijkenisse). Leendert Dirk Rosmolen wordt na zijn arrstatie op 21 december 1940 naar het Oranjehotel gebracht. Op 8 april worden hij en nog 156 willekeurige gevangen Geuzen, waaronder oud inwoner Jacob Stolk (Nieuw Helvoet) op transport gezet naar kamp Buchenwald. Daar verblijft hij tot 13 maart 1942 en vertrekt dan naar Ravensbruck. Daar wordt hij zeven vast gehouden en dan naar Dachau gestuurd. Daar overlijd hij aan falen van hart- en bloedsomlopp door een darm ontsteking.
Leendert Dirk Rosmolen wordt genoemd in de erelijst van Gevallenen 1940-1945.
Sterner, AnnatjeGeboren: 28 januari 1887 Woonplaats: Den Haag Vermoord: 06 september 1944, Auschwitz.
Bron: yad vashem
Annatje Sterner was getrouwd met Philip Haas (oud inwoner Hellevoetluis).
Vermaat, AntonGeboren: 01 oktober 1913 Woonplaats: Den Helder Gefusilleerd: 17 februari 1945, Overveen.
Bron: oorlogsgravenstichting
Anton Vermaat was in dienst bij de marine als matroos torpedomaker aan boord van de Hr.Ms. van Galen toen op 10 mei 1940 de torpedobootjager orders kreeg om naar Rotterdam op te stomen om daar de overgang van de Duitsers over de Maasbruggen te beletten. Op de Nieuwe Waterweg ter hoogte van Vlaardingen werd het schip aangevallen door Duitse Junkers JU 87 welke grote schade aanrichten. Stoomleidingen sprongen en waterdichte schotten scheurden. Anton Vermaat werd door een granaatscherf geraakt. De commandant zag zich gedwongen om het schip de Merwehaven in te varen waar zij al zinkende afmeerde. De 13 gewonden en de dode opvarende werden afgevoerd naar het ziekenhuis en de overige opvarenden werden ter beschikking gesteld van het Korps Mariniers om de verdediging van Rotterdam te versterken. Na de capitulatie werd Anton Vermaat in Den Helder aangesteld als brandwacht bij de Rijkswerf Willemsoord. Eind september 1944 trad hij toe tot de BS-Stoottroep Den Helder-Anna Paulowna. Als lid kreeg hij EHBO-les en maakte hij geregeld instructies mee in het gebruik van de stengun. Dit als voorbereiding op gevechtshandelingen tegen de bezetter rond het verwachte spoedige einde van de oorlog. Ter verkrijging van levensmiddelen nam hij deel aan enkele overvallen op zwarthandelaren. Op 5 februari 1945 werd hij in Anna Paulowna door leden van de Hafenuberwachungsstelle uit Den Helder aangehouden en met andere gearresteerde groepsleden overgebracht naar het huis van bewaring aan de Weteringschans in Amsterdam. Op 17 februari werden zij als represaille voor een spoorwegaanslag op de Spaarndammerdijk in Halfweg gefusilleerd. Ze werden in de duinen bij Overveen begraven en later herbegraven op het Ereveld te Bloemendaal.
Anton Vermaat wordt genoemd op het monument in het gemeentehuis van Den Helder en in de erelijst van Gevallenen 1940-1945.
Geboren: 02 september 1906 Woonplaats: Rotterdam Omgekomen: 20 november 1943, Berlijn.
Maartende Waard is grondwerker van beroep en wordt tijdens zijn werk opgehaald. Hij komt om bij een bombardement op Berlijn en is aldaar ergens begraven.
